Ik ben bezorgd. Ik vraag me af of het ons gaat lukken om Lars veilig te hechten in ons gezin. Lars is anders. Alhoewel hier al veel kinderen met hechtingsproblemen terecht kwamen voor korte of langere tijd, heb ik nog geen ervaring met een ‘omgekeerd magneetje’. Lars is vaak huilerig en snel gefrustreerd, maar het allermoeilijkste is dat hij zich niet troosten laat. Wanneer we hem optillen, duwt hij ons van zich af of hij laat zich achterover vallen. Op de aankleedtafel schopt hij naar mij. Wanneer ik hem aan of uitkleed, werkt hij tegen en houdt hij de kleding vast tussen zijn vuistjes. Bij het tanden poetsen, klemt hij zijn tanden op elkaar. Alles wat dit ventje doet is verzet.
Tip 1 voor veilige hechting: Zelf rustig blijven
Ik weet dat hij heel bang en verdrietig is, maar daar is niets van te merken. Wat hij laat zien is boosheid en frustratie. Hij wil duidelijk zelf de controle hebben en zelf alles bepalen. Hij kent uitingen van liefde enkel als manipulatie en gebruikt die zelf ook als dusdanig.
Sinds ik begrepen heb dat ik deze kinderen traumasensitief moet opvoeden, ben ik veel rustiger en reageer ik niet meteen op het probleemgedrag. Ik geef het toe, het is veel gemakkelijker om geduld op te brengen voor een kind dat angst en verdriet laat zien, dan voor een kind dat enkel boosheid en agressie laat zien. Maar eigenlijk maakt het geen verschil. Deze kinderen werden beschadigd en zijn in chaos. Wat ze nodig hebben voor een veilige hechting is een liefdevolle volwassene die onvoorwaardelijk veiligheid en geborgenheid biedt. Zodat ze de gelegenheid krijgen om te herstellen en te ontwikkelen. Alhoewel het mij soms veel moeite kost, vooral wanneer hij mij pijn doet door te bijten, weet ik dat ik een ‘kalm brein’ moet houden. Enkel wanneer ik rustig en assertief kan blijven, zal hij mij leren respecteren en vertrouwen.
Tip 2 voor veilige hechting: Rust en regelmaat
We starten ons recept voor veilige hechting met het klassieke ingrediënt ‘rust en regelmaat’. We maken Lars zijn wereld klein. Zo goed als alles speelt zich af in ons huis en onze tuin. De eerste dagen komt er geen bezoek en maken wij geen uitstapjes. En ja hoor, ook voor dit kereltje helpt het. Na een paar dagen heeft hij door dat er vijf maal per dag eten op tafel komt. Hij weet dat er steeds speelgoed klaar staat in de speelhoek. Hij verwacht dat we na het tussendoortje in de ochtend een wandeling gaan maken. Hij weet dat er na de lunch een middagslaapje volgt en dat hij na een avondritueel weer in bed gelegd wordt. Hij begrijpt dat er over hem gewaakt wordt wanneer hij slaapt, want elke keer dat hij huilt of gilt, zijn we er en spreken we hem rustig toe.
Elke dag slaapt hij iets sneller in en slaapt hij rustiger en dieper. Hij heeft die regelmaat in de activiteiten nodig om patronen te herkennen. Door die patroonherkenning weet hij wat hij verwachten kan en kan hij tot rust komen.
Tip 3 voor veilige hechting: Autonomie
We vullen het recept aan met een flinke dosis autonomie. We zeggen op zo veel mogelijk dingen ‘Ja’. De speelhoek is een ‘ja dat mag’-zone. Het speelgoed is peuterproof en de omgeving ook, alles mag. Ook in de tuin is er een grote ‘ja dat mag’-zone, we hebben een grote hoek ingericht met een modderkeuken en een zandbak.
Lars bepaalt zelf of hij wel of niet eet. Wanneer hij weigert, zeggen we: ‘Oké, duidelijk, jij bent klaar’. We maken ons geen zorgen omdat we twee uur later gewoon weer een maaltijd of een tussendoortje aanbieden. Wij leggen hem in bed, hij bepaalt wanneer hij gaat slapen. In de mate van het mogelijke wacht ik tijdens een verzorging tot hij bereid is om mee te werken, zodat ik zo weinig mogelijk dwang moet gebruiken. We merken dat ook dit hem deugd doet omdat er elke dag iets minder weerstand en iets meer medewerking is.
Tip 4 voor veilige hechting: Duidelijke grenzen
Een ander beproefd ingrediënt dat aan het recept toegevoegd wordt, zijn de duidelijk grenzen. We houden onze ‘Nee’s’ beperkt maar duidelijk. Spelen mag hij enkel in de speelhoek of de box. Eten doen we enkel aan tafel op de door ons bepaalde tijdstippen. Wij bepalen wanneer hij naar bed gaat (ik let natuurlijk wel goed op de signalen van vermoeidheid). Wij bepalen wanneer het tijd is voor een verzorging. Lars pikt snel op dat het geen zin heeft om zich te verzetten, wij zijn consequent en houden vol. En ja hoor, na er de eerste dagen telkens zijn frustratie over uitgeschreeuwd te hebben, geniet hij er duidelijk van om te weten waar hij aan toe is en wat er van hem verwacht wordt. Al snel kijkt hij ons aan om te checken of iets mag of niet en wordt hij meestal niet meer boos wanneer er een rustige ‘Nee’ komt.
Tip 5 voor veilige hechting: Verbinding
En laatste ingrediënt voegen we een flinke portie verbinding toe. Om de medewerking van een kind te krijgen, moet een kind met je WILLEN meewerken. Lars moet voelen dat het hier fijn is en dat hij onvoorwaardelijke liefde en verzorging krijgt. Om de hechting tot stand te brengen, ligt mijn focus de eerste dagen bij Lars. Ik observeer hem zodat ik zijn signalen leer herkennen en daardoor sensitief en responsief op zijn behoeftes kan reageren.
Ik doe mijn uiterste best om hem enkel met liefdevolle ‘zachte’ ogen aan te kijken, ook wanneer ik iets verbied of wanneer hij zijn frustratie uit krijst. Op de momenten dat hij rustig aan het spelen is, maak ik oogcontact en glimlach ik naar hem. Wanneer we gaan wandelen, gaat hij in de draagzak zodat hij lekker dichtbij is. Mijn man maakt regelmatig tijd voor een stoeipartijtje met Lars. Ook mijn man let goed op de signalen van Lars en respecteert de grenzen van het kind. Wanneer ik hem optil voor een verzorging of een eetmoment, doe ik dat met gekkigheid of maak ik een dansje met hem door de woonkamer. Tijdens de maaltijden en verzorgingen ben ik met mijn aandacht volledig bij hem. Ik geef hem zo vaak ik kan dwaze kusjes met geluid.
Wanneer hij meewerkt of naar me toe komt wanneer ik dat vraag, begin ik te ‘kirren’ en zeg ik met een hoge stem “wat fijn, dankjewel”. Ik moet soms erg lachen om mezelf, omdat het totaal niet mijn stijl is om zo ‘overdreven’ met een kind om te gaan. Maar ik zie wel dat het werkt bij Lars, het vrolijkt hem duidelijk op. Als snel begint Lars mij in de gaten te houden wanneer we in de tuin zijn en elke dag blijft hij dichter bij me in de buurt.
Zal dit volstaan?
We doen wat we kunnen, maar of het voldoende zal zijn of niet, dat heb ik niet in hand. Ik denk regelmatig aan deze oude wijsheid:
“Geef me de moed om te veranderen wat ik veranderen kan.
Geef me de kracht om te aanvaarden dat wat ik niet veranderen kan.
Geef me de wijsheid om tussen deze twee het onderscheid te maken.”
Lees wat er aan vooraf ging in: Hechtingsstoornis? Een omgekeerd magneetje.
Lees wat er op volgt in : Strategie voor hechtingsstoornis.
Wil je lezen hoe het verder gaat met Lars? Lees dan ook deze blogs:
Meer lezen over hechting? Lees dan ook:
Ik ben onder de indruk. Wat een toewijding. Diep respect!
Dankjewel!
Namasté Inge!