Is een spelletje spelen bij jullie een gezellige activiteit? Of eindigt het altijd in drama? Hoe reageert jouw (pleeg)kind als het verliest bij een competitief spelletje? Voor Ryan is dit lang een teer punt geweest. Heel zijn wereld stortte in als hij verloor.
Voor een jong kind is het heel normaal om niet zo goed tegen hun verlies te kunnen. Vanaf 7 à 8 jaar zou dit echter beter moeten gaan. Bij pleegkinderen is de reactie op verliezen bij een spelletje soms zo extreem, dat we vermoeden dat er meer achter zit.
Waarom is verliezen bij een spelletje zo’n drama?
Misschien wordt je pleegkind helemaal overspoeld door intense gevoelens als het verliest omdat op dat moment het trauma geraakt wordt. Iets niet krijgen, zoals de overwinning, kan de pijn uit het verleden uitlokken met als gevolg dat je kind weer helemaal vast komt te zitten in het gevoel van niet krijgen wat nodig is (zoals in de periode dat hij verwaarloosd werd). Als dit bij jouw pleegkind het geval is, dan zie je deze hevige reacties waarschijnlijk regelmatig als het kind zijn ‘zin niet krijgt’. In het blog over eten en pleegkinderen, schreef ik hoe zo’n gevoel van tekort ook voor een fixatie op eten en hamsteren kan zorgen.
Als gevolg van hun onveilige hechting kampen pleegkinderen vaak met een gebrek aan zelfvertrouwen. Daardoor ervaren ze verliezen als falen. Ze worden dan helemaal meegezogen in het gevoel van niets waard te zijn.
Je kunt natuurlijk ook gewoon te maken hebben met een temperamentvol kind. Als dit kind de lat voor zichzelf hoog legt en competitief is ingesteld, dan is de teleurstelling heel groot als het niet wint.
Tips om zelfbeheersing te ontwikkelen
Vanaf een jaar of 5 kunnen kinderen leren om zich te beheersen. Zelfbeheersing is een combinatie van je emoties kunnen reguleren en controle hebben over je gedrag. Het zijn vaardigheden uit je prefrontale cortex. Veel pleegkinderen hebben een ontwikkelingsachterstand, het zou dus best kunnen dat jouw kind al een stuk ouder is en nog steeds weinig zelfbeheersing ontwikkeld heeft.
Hoe kunnen we kinderen daarbij helpen? Je leert kinderen geen zelfbeheersing van de ene dag op de andere. Wat je nodig hebt is een grote portie geduld en een strategie op lange termijn. Zelfbeheersing aanleren maakt deel uit van een traumasensitieve opvoeding.
Voorleven
Hoe staat het met jouw zelfbeheersing? Ben jij een sportieve verliezer? Kun je genieten van het spel en de winnaar feliciteren? Kun je iets zeggen als: ‘Jammer dat ik verloren heb, maar ik vond het wel heel leuk om samen met jou te spelen’?
Gevoelens en gedrag
We kunnen een kind helpen om zijn gevoelens te onderscheiden van zijn gedrag. Dit doen we door een gesprek te voeren als de rust is weergekeerd. Dan kunnen we duidelijk maken dat het oké is om gevoelens te hebben zoals boosheid of teleurstelling, maar dat het niet oké is om het speelbord door de kamer te gooien of iemand uit te schelden. We leren het kind om te gaan met zijn emoties door zelf empathisch te reageren. Zo leert het kind zijn eigen emoties te herkennen en geleidelijk zelf te reguleren. In mijn boek ‘Een (h)echte uitdaging’ beschrijf ik heel gedetailleerd hoe je zo’n time-in aanpakt.
Uitweg voor het gevoel
Ga samen met het kind na op welke manier het wel zijn boosheid of teleurstelling kan uiten. Welke woorden kunnen wel door de beugel? Geef voorbeelden zoals: ‘Hé, verdorie, het was zo spannend, ik dacht toch echt dat ik zou winnen.’ Of ‘Pffff, echt jammer, ik had graag willen winnen’.
Zelfregulatie
Soms hebben pleegkinderen een slechte emotieregulatie. Het zijn dan eigenlijk net baby’s die nog helemaal overspoeld worden door hun emoties. Deze kinderen hebben de rustige aanwezigheid van hun pleegouders nodig om te kalmeren. Jij moet op zo’n moment uitstralen dat alles veilig is. Ga samen met het kind op zoek naar wat het nodig heeft om terug tot rust te komen. Het ene kind heeft er baat bij om even geknuffeld te worden, het andere kind wil net niet aangeraakt worden maar moet even weg kunnen rennen en op de trampoline springen. Ga samen op zoek naar een techniek die past bij jouw kind.
Oefenen
Ryan heeft heel veel geoefend met mijn man. Niet alleen met gezelschapsspelletjes maar ook met stoeien en fysieke wedstrijdjes. Mijn man stopte telkens met spelen als Ryan over de rooie ging en hielp hem om zichzelf bij te sturen. Ryan is nog steeds erg competitief maar er volgen geen drama’s meer als hij een keer verliest.
Coöperatief spel
Als het voor jouw (pleeg)kind te hoog gegrepen is om een competitief spelletje te spelen, kun je beter het drama vermijden door te kiezen voor coöperatieve spelen. In een coöperatief spel of samenwerkingsspel speel je met elkaar in plaats van tegen elkaar. Je werkt samen om een doel te bereiken. Door te kiezen voor deze spelletjes, ervaart het kind dat een spelletje spelen leuk, leerrijk en gezellig is. Je zet zo in op verbinding en stelt het oefenen op zelfbeheersing uit tot het kind er aan toe is.
Goede moed! Rome is ook niet op één dag gebouwd …
Ps: over het verbindend spel ‘En nu jij!’ schreef ik dit blog.
Geef een reactie