Zelfzorg-prioriteit
Van zelfzorg een prioriteit maken als pleegouder

Het is me gelukt. Ik heb van zelfzorg een prioriteit gemaakt en ben tot rust gekomen. Gisterenmiddag kwam ik voor het eerst in lange tijd op het punt dat ik niets meer kon verzinnen om te doen. Alle klussen waren afgehandeld (ik heb zelfs de ramen gelapt), het was te warm om iets in de tuin te doen of een ommetje te maken. Ik was KLAAR.

Het drumstel van een vriend staat in een hoek op me te wachten tot ik eindelijk start met drummen. Geen zin in.

Mijn schildersspullen liggen op tafel. Geen zin in.

De naaimachine van mijn schoonmoeder staat in een hoek van de keuken. Ik zou kunnen leren om met die machine te werken. Geen zin in.

Grappig. Ik heb nu eindelijk tijd voor mezelf en toch heb ik geen zin in de activiteiten waar ik voorheen niet aan toekwam. Mijn hoofd is (figuurlijk) leeg, ik ben vrolijk en positief en heb zin … om te werken. Er is niets anders dat ik op dit moment liever zou doen. Ik pak het boek van Katja Rowell ‘Love me, Feed me’ en ga aan de slag.

Zelfzorg

Ongeveer een maand geleden besliste ik om de zomer te gebruiken om mezelf op de eerst plaats te zetten. Zelfzorg werd mijn prioriteit. Nu pas besef ik hoe gespannen ik toen was. De zorg voor twee pleegkinderen en het uitbrengen van mijn boek ‘Een (h)echte uitdaging’ in combinatie met mijn hoofdpijnprobleem, hadden er voor gezorgd dat ik steeds op mijn tenen liep.

Net zoals veel pleegkinderen was ik in een staat van chronische stress beland die er voor zorgde dat ik steeds alles onder controle probeerde te houden. Ik werd overgevoelig en was diep vanbinnen voortdurend angstig. Mijn copingstrategie was druk bezig zijn en mijn uiterste best doen om alle ballen in de lucht te houden. Ik werd daar niet vrolijk van, integendeel. Ik verloor mijn gevoel voor humor en legde de lat voor mezelf en mijn pleegkinderen veel te hoog.

Daarom had ik me voorgenomen om deze zomer van mijn zelfzorg een prioriteit te maken. In eerste instantie door in mijn leven ruimte te maken voor MIJ. Maar zeker even belangrijk was het om mijn hoofd tot rust te brengen. De kunst is om me niet te laten leiden door angst en me zorgen te maken, maar om op mijn gevoel en intuïtie te vertrouwen. Het vergt nog oefening, maar er zijn steeds meer dagen dat ik werkelijk ontspannen ben. Als ik ontspannen ben, is mijn zelfregulatie helemaal niet moeilijk …

Er is altijd een andere keuze

Ik ben opgegroeid met de overtuiging dat je zelf een grote invloed hebt op je leven. Natuurlijk zijn er situaties waar je niets aan kunt doen en gebeuren er soms buiten je wil om hele nare of verdrietige dingen. Toch heb je nog altijd de keuze over hoe je daar mee omgaat. Ik kan rouwen, zeuren en zielig doen, maar ik weet dat ik op een bepaald moment zelf weer aan het roer moet gaan staan.

Ik ben verantwoordelijk voor mijn leven en als dat me niet bevalt, dan ben ik degene die daar verandering in moet brengen. Daarom koos ik er voor om afgelopen zomer geen nieuwe blogs te schrijven. Als gezin beslisten we om na het vertrek van Lars voorlopig geen plaatsje open te zetten voor een crisispleegkind. In plaats van ‘nuttige dingen’ te doen, heb ik met vrienden afgesproken en leuke dingen gedaan. Ik heb er voor gekozen om mij niet langer te laten beperken door mijn fysieke beperking, maar om te kijken naar wat ik nog wel kan ondernemen en hoe ik dat dan moet regelen voor mezelf.

Ruimte in mijn hoofd

Voor de zomer had ik het gevoel vast te zitten aan mijn hoofdpijnprobleem en allerlei verplichtingen. Nu is er weer ruimte voor keuzes. Ik schrijf dit blog omdat ik er zin in heb en niet omdat ik het gevoel heb dat ik mijn ‘volgers’ elke week een nieuwe blog verschuldigd ben. Dat is vrijheid. Nu kan de inspiratie weer vanuit mijn hart komen.

Het kriebelt al weer om een nieuw kindje in huis te halen, maar dat stel ik nog even uit. Een kind de kans geven om tot rust te komen en open te bloeien, blijft het mooiste wat er is. Een nieuw pleegkind in huis is tevens ontzettend intensief en vraagt veel inzet, tijd en energie. Ons gezin is daar nu nog niet aan toe. Maar wat niet is, kan nog komen.