Je kunt als pleegouder geconfronteerd worden met een ‘ontploffend’ kind. Een pleegkind kan als gevolg van zijn voorgeschiedenis last hebben van chronische stress en/of trauma en daardoor licht ontvlambaar zijn. Het kind schiet dan bij het minste of geringste in zijn reptielenbrein en is niet meer voor rede vatbaar.
Het reptielenbrein aan de macht
Weet je hoe het voelt om buiten zinnen te zijn? Het voelt alsof je over de rand van een afgrond gaat. Alle rationaliteit valt weg en je instinct neemt je volledig over. Je lijkt dan op een gewond dier dat zichzelf probeert te redden. Het is mij ook al eens overkomen dat ik in mijn reptielenbrein schoot en dan gebeurt er dit:
Vechten, vluchten of verstoppen
Ik voel me gekwetst en in het nauw gedreven. Ik wil het liefst aanvallen, maar een klein stemmetje geeft aan dat ik niet kan winnen, dus ik vlucht. Met slaande deuren. Ik gooi dingen op de grond op mijn weg naar buiten. Als er mij nu iemand de weg zou versperren dan zou ik die persoon aanvliegen. Ik voel me zo boos dat ik alles wil stukmaken. Ik stap met blote voeten in de schoenen die ik het snelste kan aantrekken. Mijn handen trillen en mijn ademhaling is gejaagd.
Ik loop naar buiten, niet goed wetend waar naartoe. Mijn kap trek ik over mijn hoofd. Ik wil weg van het conflict en ergens naar toe waar het veilig is. Omdat ik geen veilige plek kan bedenken waar ik te voet naartoe kan, loop ik in rondjes. Ik wil ergens opgekruld onder een deken liggen. Op een bolletje. Ik glij weg in de modder. Mijn stemmetje maant me aan om voorzichtig te zijn en op zoek te gaan naar veiligheid.
Ik keer op mijn stappen terug en ga naar huis. Ik wil naar mijn kamer en de deur op slot doen zodat niemand me kan bereiken. In de hal praat iemand rustig tegen me, maar ik wil nu niet praten, ik wil naar mijn kamer. Ik ben bereid om te vechten om die kamer te bereiken. Daarom snauw ik: ‘Ga weg bij die deur, laat mij door.’ In mijn kamer kruip ik onder het dekbed. Daar aangekomen laat ik los. Ik huil als een wolf mijn pijn eruit totdat mijn stem helemaal schor is. Daarna ween ik. Er is geen denken, alleen emotie.
Afbouwfase en terugslagfase
Langzaam kom ik tot rust. Ik wil dat iemand naar me toe komt om me vast te houden. Tegelijkertijd wil ik dat niet want ik ben nog steeds bereid om te vechten. Bovendien voel ik me alleen en wil ik niet alleen zijn. Ik wil dat nu iemand komt en tegen me zegt dat alles in orde komt. Ik voel dat ik nog erg op mijn hoede ben en dat er niet veel nodig is om weer in een vechtmodus terecht te komen.
Wanneer het huilen stopt voel ik me leeg. Alles wordt kleurloos en ik kan geen lichtpuntje vinden. Ik wil voor altijd blijven liggen en nooit meer in beweging komen. Ik heb nu iemand nodig die lief voor me is en me langzaam overhaalt om terug op te staan.
Niet willen of niet kunnen
Over de rooie gaan is niet iets dat je bewust doet. Je doet het niet om anderen het leven moeilijk te maken of om je zin te krijgen. Je raakt buiten zinnen omdat een discussie, een opmerking, een gebaar of een situatie iets in jou activeert. Het doet psychisch zo’n pijn of je wordt zo bang dat je mensenbrein uitgeschakeld wordt en je reptielenbrein het overneemt. Je maakt een grote dosis stresshormonen aan en al je energie wordt gebundeld om te overleven.
Ik heb op zo’n moment nog net voldoende zelfbeheersing over om mijn agressie niet op een mens te richten maar op dingen. Ik heb ook nog een ietsiepietsie zelfcontrole dat er voor zorgt dat ik mijn schoenen aantrek. Verder heb ik helemaal niets meer onder controle. Als jij me op zo’n moment zegt dat ik kalm moet worden of naar je luisteren moet, kan ik dat niet. Ik heb geen controle meer over mijn gedrag.
Na de piek volgt de afbouwfase waarin ik nog steeds op scherp staat en gemakkelijk terug uitgelokt kan worden in dat instinctieve gedrag. Daarna zak ik weg in een depressief gevoel, dat is de terugslagfase.
Wat kun je beter niet doen:
- Mij aanmanen om rustig te worden, daar word ik alleen maar woester van.
- Mij de weg versperren naar een veilige plek.
- Een poging doen om met mij in gesprek te gaan.
- Mij vastgrijpen. Ik zal vechten, tieren en bijten om mij te bevrijden.
Wat kun je beter wel doen:
- Afstand houden zodat je geen bedreiging bent voor mij.
- Zwijgen.
- Mij een vluchtweg geven naar een veilige plek waar ik kan uitrazen.
- Zorgen dat je zelf je ‘kalm brein’ behoudt.
- Over mijn veiligheid waken.
- Voorkomen dat ik iets stukgooi door dure en breekbare spullen weg te nemen.
Lange termijn
Wat ik voel als mijn reptielenbrein overheerst, is ongeveer hetzelfde als wat een pleegkind doormaakt wanneer het ‘ontploft’. Ik heb mijn ervaring neergepend om jou inzicht te geven in wat je pleegkind voelt maar je niet kan vertellen.
Tijdens de ‘ontploffing’ kun je niets doen, behalve zelf rustig blijven en waken over de veiligheid. Na de escalatie kun je de verbinding herstellen. Daarna ga je over naar de dagelijkse gang van zaken zodat je pleegkind de kans krijgt om weer in beweging te komen en de stresshormonen kan verwerken. Een probleemoplossend gesprek over het incident voer je pas als je pleegkind er klaar voor is. Soms moet je echt een dag wachten.
Als je pleegkind regelmatig ontploft, kun je best voor een langetermijnstrategie gaan. Door te zorgen voor een traumasensitieve opvoeding kan je pleegkind herstellen. Ook een grote mate van voorspelbaarheid in de dagelijkse gang van zaken draagt bij aan het verlagen van het stressniveau.
Maak je geen zorgen, zo’n uitbarsting zoals ik net beschreven heb, is mij al heel lang niet meer overkomen.
In mijn boek ‘Een (h)echte uitdaging‘ vind je meer informatie over wat chronische stress met de hersenen van je pleegkind doet. Je vindt er ook handvatten in om je pleegkind tot rust te brengen zodat herstel kan plaatsvinden.
Op mijn Facebookpagina www.facebook.com/inspiratievoorpleegouders vind je een blik achter de schermen, getuigenissen over pleegzorg, tips over opvoeden, informatie over trauma en hechting, leuke activiteiten met de kinderen, nieuws uit pleegzorgland en nog veel meer.
Meer lezen over goed voor jezelf zorgen zodat jij je veerkracht behoudt? Lees dan ook:
Geef een reactie