Ik kan het moeilijk geloven, Lars is al bijna 10 maanden bij ons. Hij staat op de wachtlijst voor een perspectiefbiedend pleeggezin, maar voorlopig is er geen ‘match’. De consulente van de jeugdrechtbank vraagt opnieuw of Lars bij ons mag blijven.Zucht, wat is dit moeilijk. Natuurlijk mag hij blijven. Wat is het alternatief voor hem? Dat hij opgroeit in een CKG, een Centrum voor Kinderzorg en Gezinsondersteuning (in de volksmond een ‘instelling’ genoemd)?
Lars is een heerlijk kind
Lars is een heerlijk mannetje, vrolijk, charmant, ondernemend en grappig. Bovendien heeft hij een guitig snoetje en is het een echte knuffelaar. Het is een kindje om ‘op te eten’. Ik schrijf in mijn blogs niet vaak over Lars omdat het nu heel erg goed met hem gaat. Hij gedraagt zich zoals een gemiddelde driejarige en er valt niets bijzonders over hem te melden.
Wij hebben hem zien openbloeien, zijn agressie doofde uit, zijn wantrouwen naar ons ebde weg, zijn humeur veranderde en zijn allemansvriendjes gedrag nam af. We hebben veel tijd en liefde in hem geïnvesteerd en dat heeft hem geheeld. We zijn zelf helemaal verliefd op dit kereltje. En toch staat dit prachtige kind op de wachtlijst.
Houden van en houden
Ik hoor het je al denken: ‘Inge, als je zegt dat je verliefd op hem bent, waarom bied je hem dan niet zelf een plaats voor lange termijn aan?’ Ik vermoed dat mijn antwoord voor de meeste mensen niet te begrijpen is. Voor mij is ‘houden van’ en ‘houden’ niet hetzelfde.
Mijn liefde gaat uit naar de (pleeg)kinderen. Ik zet mijn liefde om in verzorging, eten, knuffels, lachjes, tijd samen doorbrengen, slaapliedjes zingen … Ik geniet van het geven van liefde omdat ik zie dat de kinderen ervan gaan bloeien.
Dat staat voor mij los van het kind willen ‘houden’. Wat ik hoop is dat dit kind door onze liefde voldoende sterk geworden is om zijn pad verder te gaan met veerkracht. Omdat ik van het kind hou, wil ik dat het goed met hem gaat. Ik wens echter niet dat hij voor altijd ‘de mijne’ is.
Ik schreef hier al eerder een blog over: Pleegkind loslaten. Hoe lang gaat hij blijven?
Onze grenzen bewaken
Onze eerste puberpleegdochter heeft mij een belangrijke levensles gegeven, namelijk dat ik mezelf niet volledig wegcijferen mag, omdat ik probeer een kind te ‘redden’. Ik heb van het debacle met haar geleerd dat ik helemaal niemand kan helpen als ik er zelf aan onderdoor ga.
Sindsdien zijn mijn man en ik veel alerter op onze eigen behoeften, wensen en plannen. Mijn dochter is 20 en zo goed als het huis uit. Wij hebben niet het verlangen om opnieuw een gezin te vormen en nog eens 2 decennia lang alles in functie van de kinderen te doen. Bovendien word ik dit jaar 50 en zie ik het niet zitten om straks een puber in huis te hebben wanneer ikzelf 60 ben. (Alhoewel ik de grootste bewondering heb voor pleeg(groot)ouders die wel dat engagement aangaan.)
Wij reizen veel en willen nog meer weken per jaar in warme landen doorbrengen. Dat leven valt prima te combineren met zo nu en dan crisisopvang voor een pleegkind. Het is echter veel moeilijker te verenigen met een lange termijn engagement.
Lars op de wachtlijst
Mijn man belt naar de consulente van Lars. Hij krijgt te horen dat er geen match is en voorlopig geen uitzicht op een pleeggezin voor hem. Hij staat op de wachtlijst maar er zijn nauwelijks beschikbare pleeggezinnen. Traditiegetrouw houden we een gezinsoverleg met als kernvraag: ‘Wat willen wij en wat is het beste voor Lars?‘
Het overleg helpt ons om niet uit medelijden te handelen en onszelf weg te cijferen. Er komt een mooi compromis uit de bus. Lars blijft bij ons tot er een match is met een lange termijn pleeggezin. We geven aan bij de consulente dat onze voorwaarde is dat hij toestemming krijgt om met ons mee te reizen. We gaan op zoek naar een gezin in de buurt dat Lars af en toe wil opvangen. Zo kunnen we een paar uur exclusieve aandacht voor Ryan creëren.
Ik hoop dat er wel echt gezocht wordt naar een gezin voor Lars. Ik maak me daar zorgen over omdat ik uit ervaring weet dat Lars nu nooit prioriteit krijgt op de wachtlijst. Er zijn kinderen die in hun ‘verontrustende opvoedingssituatie’ blijven omdat er nergens plaats is voor hen. Er zijn jonge kinderen die in een CKG wachten op een pleeggezin. Deze kinderen gaan voor op Lars die veilig in een warm nest zit …
Wil je het hele verhaal van Lars lezen? Lees dan de volgende blogs:
- Crisispleegkind op komst. Wat nu?
- Hechtingsstoornis? Een omgekeerd magneetje.
- Veilige hechting in het pleeggezin: 5 tips.
- Strategie voor hechtingsstoornis.
- Kan ik mijn ‘kalm brein’ behouden?
- Vrij spel in onze ‘ja-dat-mag-zone’.
- Hoe gaat het nu met Lars?
- Babygebaren kunnen heel wat frustratie voorkomen.
- Machtsstrijd met een pleegkind voorkomen. 5 tips
- Allemansvriendjesgedrag bij pleegkinderen
- Huilen is goed, zeker bij pleegkinderen.
- Op zoek naar een perspectiefbiedend gezin.
- Contact met het ex-pleeggezin behouden. Ja of nee?
- Er is een perspectiefbiedend pleeggezin voor Lars gevonden.
- Lars is verhuisd naar zijn perspectiefbiedend pleeggezin.